Het fosfaatrecht stelsel dat nu enige tijd van kracht is binnen de veehouderij, limiteert de hoeveelheid fosfaat die een veehouderij mag uitstoten, en daarmee ook de hoeveelheid vee die mag worden gehouden. Door rechten te kopen of verkopen (of leasen), is er tussen veehouderijen een manier gevonden om iedereen de hoeveelheid fosfaatrecht te laten gebruiken die men nodig heeft.
Heb je er te veel of te weinig?
In Nederland wordt sinds 1 januari 2018 gewerkt met fosfaatrechten die bepalen hoeveel fosfaat een veehouderij mag uitstoten. Deze zijn er niet voor niets gekomen: in 2015 heeft de Nederlandse veehouderij als geheel meer fosfaat uitgestoten dan volgens Europese regels was toegestaan. Om dit in de toekomst te voorkomen en om de uitstoot van fosfaat nog verder terug te dringen, is het fosfaatrechtenstelsel ingevoerd.
De overheid heeft de fosfaatrechten verdeeld op basis van de cijfers over 2015. Dat betekent dat een veehouderij in principe niet meer vee mag houden dan het in 2015 had, de kans is zelfs aanwezig dat het uiteindelijk zelfs minder vee mag hebben. Dat zorgt in veel bedrijven voor problemen. Veehouderijen die middenin een uitbreiding zaten, de stallen al fors hadden laten vergroten bijvoorbeeld, maar deze nu niet kunnen vullen met vee, komen bedrogen uit. De kans dat zij hun uitbreiding terug kunnen verdienen is door het gebrek aan vee erg klein geworden.
Daar staat tegenover dat er ook veehouderijen zijn die juist minder vee zijn gaan houden sinds 2015. Zij hebben in veel gevallen meer fosfaatrechten ontvangen dan zij kunnen en willen gebruiken. Gelukkig is het mogelijk om fosfaatrechten onderling te verhandelen door koop of lease.
Vraag en aanbod
Fosfaatrecht verkopen gebeurt door veehouderijen die meer rechten hebben ontvangen dan zij willen of kunnen gebruiken. Dit geldt bijvoorbeeld voor bedrijven die zijn overgestapt op een ander soort boerenbedrijf of zelf gekozen hebben minder vee te gaan houden.
Zij kunnen, direct of via een tussenpersoon, een deel van hun fosfaatrecht verkopen aan bedrijven waar juist het omgekeerde voor geldt. Dit stelt hen in de gelegenheid toch verder te kunnen met hun bedrijf of het uitbreiden ervan.
Er zit wel een klein addertje onder het gras: bij iedere overdracht, gaat er een deel van de rechten af. Stel een boer verkoopt 100 rechten, dan krijgt de nieuwe eigenaar er maar 90 of 80. Deze regeling is er om te garanderen dat de uitstoot in de toekomst nog verder omlaaggaat. Hoe meer veehouderijen dus hun rechten verkopen, des te minder blijven er uiteindelijk in omloop.
Meer informatie voor Slimme ondernemers? Klik hier!
